Ze is best een goede medewerkster, maar alles wat haar gevraagd wordt moet eerst bediscussieerd worden. Er is niets wat ze gewoon doet omdat het haar gevraagd wordt. Haar leidinggevende heeft het eigenlijk wel een beetje gehad. Misschien is het beter als ze een andere werkgever gaat zoeken. En zo krijg ik de vraag of ik een traject in wil gaan met Sonja. Dit coachingstraject is de laatste poging om verder te kunnen met haar.

Sonja zit bij me aan tafel en is er niet echt gerust op dat een coachingstraject zin heeft

Ze twijfelt een beetje aan mijn bedoelingen en ook aan haar eigen kunnen. Ze vindt het ook niet helemaal eerlijk dat ze als eigenwijs wordt bestempeld. Ze heeft gewoon ideeën over hoe dingen zouden moeten gaan. Ze wil samenwerken en niet als een soort radertje in de machine functioneren zonder te weten van het verband.

Stapje voor stapje onderzoeken we wat er gebeurt als Sonja met haar hakken in het zand gaat

Op een goed moment zie ik het kwartje vallen. Ik vraag: ‘Wat levert het je eigenlijk op om ‘Ja maar…’ te zeggen. Aan de ene kant vind je het niet leuk dat je het doet, maar aan de andere kant moet er toch ook een voordeel voor je zijn. Anders zou je het niet doen…toch?’ Na een paar seconden stilte weet ze het: ‘Dan moet ik vooruit.’

Sonja krijgt zicht op haar mechanisme

Dat is het keerpunt in het traject. Vanaf dit moment kunnen we werken aan verbetering vanuit diepere lagen. Ze ontdekt dat ze eigenlijk vanuit onzekerheid reageerde. Ze wist niet goed bij wie ze terecht kon met haar vragen en het voelde een beetje alsof ze als niet goed genoeg werd gezien.

Het mooie van haar vind ik haar betrokkenheid. Ze heeft hart voor de instelling en laat het er niet bij zitten als ze vindt dat het niet goed gaat met een cliënt. Ze is niet het type dat kiest voor de makkelijke weg, om zelf een rustige dienst te hebben. Ik vind haar integer en dat heb ik haar gezegd.

In de laatste bijeenkomst zie ik een ontspannen zelfverzekerde vrouw zitten

Ze spreekt uit dat ze zo verbaasd is over hoe makkelijk en snel het eigenlijk is gegaan. In een paar zinnen vat ze samen waar het naar haar idee om gaat. ‘De Ja-maar-modus is een mechanisme om geen verandering aan te hoeven gaan. Het lijkt veilig, maar het is eigenlijk een blokkade. Zodra ik het me bewust ben dat ik op de rem sta doe ik even een pas op de plaats. Ik realiseer me nu eerder dat ik soms een idee of mening heb. Nu kan ik overgaan tot actie. Ik kan een idee omvormen tot een voorstel en met een open houding mijn collega of leidinggevende benaderen. Ik kan het ook veel beter timen. Dit is zo veel prettiger dan hoe het een paar maanden geleden ging. Ik wil het ook niet anders meer.’

Bij het afrondende gesprek begrijp ik dat haar leidinggevende al na twee sessies verbetering heeft gezien. Met nog één sessie te gaan krijg ik een spontane mail van Sonja. Haar contract is verlengd.

(c) 2014 Nicolette de Wijn